Engerlingen. Alleen het woord klinkt al alsof ze ’s nachts je sokken opeten. Maar deze beestjes hebben het meer op je gazon gemunt dan op je voeten. In dit artikel duiken we met een schop en een schepje humor in de wereld van engerlingen. Wat zijn het eigenlijk? Hoe herken je ze? En – niet onbelangrijk – hoe krijg je ze weer weg? Pak een tuinstoel, zet een kop thee en lees gezellig mee. We gaan je grasveld redden!

Wat zijn engerlingen en waarom kruipen ze in je gras?

Engerlingen zijn de larven van verschillende kevers, zoals de meikever, junikever en rozenkever. Ze lijken een beetje op dikke, witte wormpjes met een bruin koppie en pootjes waar je niet blij van wordt. In hun vroege leven verstoppen ze zich lekker onder de grond, waar ze gezellig aan de wortels van je gras knabbelen. Heel charmant.

Wat je boven de grond ziet? Kale plekken. Alsof iemand met een scheermesje over je gazon is gegaan. En als je je grasmat oplicht als een tapijt, weet je hoe laat het is. Grote kans dat je dan een hele engerlingenfamilie aantreft.

Ze zitten daar niet voor de lol, hoor. Ze gebruiken je tuin als all-inclusive resort. Graswortels? Heerlijk buffet. Lekker donker en veilig? Check. Alleen… jij zit straks met een tuin die meer lijkt op een droog grasveldje na een festival. En daar zit natuurlijk niemand op te wachten. Tijd om in actie te komen: Engerlingen bestrijden is dan de beste zet als je nog een beetje trots wil houden op je gazon.

Hoe weet je of je engerlingen hebt? Geen loep nodig hoor

Voordat je met gif of middeltjes gaat strooien, moet je zeker weten dat je met engerlingen te maken hebt. Want het zou zonde zijn als je onschuldige wormen of padden verjaagt. En toegegeven, engerlingen zijn op zich niet eng – tot je ziet wat ze met je gras doen. Dan worden ze in één klap verdacht.

Een van de eerste signalen: kale plekken die steeds groter worden. Alsof je gras haaruitval heeft. Trek je voorzichtig aan een plukje gras, en komt het los zonder weerstand? Bingo. Ze hebben de wortels al weggesnoept. Extra bewijs: als je ineens vogels, egels of dassen in je tuin ziet rondneuzen, dan zijn ze waarschijnlijk op engerlingenjacht.

Wil je echt detective spelen? Steek dan een schop in de grond en wip een stukje gras omhoog. Zie je dikke, witte larven met een krom lichaam en een oranje kop? Dan weet je genoeg. Let op: schrik niet als ze zich oprollen alsof ze zich schamen. Ze weten heus wel dat ze niet gewenst zijn.

Wat kun je doen tegen engerlingen? Geen giffeestje graag

Oké, je weet nu dat engerlingen je gazon te grazen nemen. Tijd om de tegengas in te zetten. Gelukkig hoef je niet meteen met een vlammenwerper of gifspuit rond te rennen (dat zou je buren ook niet leuk vinden). Er zijn veel slimmere én vriendelijkere manieren om ze aan te pakken. Je tuin verdient liefde, geen oorlog.

Een natuurlijke manier: aaltjes. Klinkt vies, maar zijn juist je vrienden. Aaltjes zijn microscopisch kleine wormpjes die engerlingen opzoeken, binnendringen en vervolgens uitschakelen. Klinkt als een sci-fi film, maar het werkt echt. Je koopt ze gewoon online of bij een tuincentrum. Let op: ze werken alleen bij de juiste temperatuur en bodemvochtigheid.

Je kunt ook je gazon versterken. Gezond gras is als een gespierde bodyguard voor je tuin. Regelmatig maaien, verticuteren en bemesten helpt om je gras sterk te houden, zodat engerlingen minder kans krijgen. En wil je écht streng zijn? Gebruik een speciale val met feromonen om kevers te lokken voordat ze eitjes leggen. Want geen eitjes = geen engerlingen.

Wanneer bestrijd je engerlingen het beste? Timing is alles

Stel je voor: je staat op het punt je strijdplan uit te rollen, maar je komt erachter dat de engerlingen op vakantie zijn. Zonde van je moeite. Daarom is timing belangrijk. Deze larven zijn niet het hele jaar even actief, dus je moet weten wanneer je ze kunt pakken op hun zwakste moment.

De beste tijd om aaltjes los te laten is in het voorjaar (april-mei) of in de late zomer (augustus-september). Dan zijn de larven nog jong en sappig – ja, sorry voor dat beeld – en dan zijn ze het makkelijkst te bestrijden. Wacht je te lang? Dan veranderen ze in kevers en is het feest al afgelopen (voor jou dan).

Let ook op het weer. Aaltjes houden van een vochtige bodem, dus vlak na een regenbui is perfect. Of geef zelf flink water voor je ze uitzet. En daarna? Niet laten uitdrogen. Je wil natuurlijk niet dat je leger van mini-helden halverwege de missie sneuvelt door dorst.

Als je een keer je timing goed hebt, zul je merken dat je gazon het snel weer naar z’n zin heeft. Groener, voller, en vooral: engerlingvrij. En dát is toch waar je het allemaal voor doet, toch?